Hedenmorgen om 7.00 uur werd ik ruw gewekt door paniekerig gekakel van de kippen en het geblaf van de hond. Dat is niet pluis, was mijn eerste gedachte. Er is onraad bij huis. Dus stapte ik huiverend met het goede been uit bed, trok mijn sloffen aan en heb mij moedig naar buiten gewaagd.
De hond rende luid blaffend naar de kippenren, daar moest het probleem zich voordoen vermoedelijk. En ja hoor, ik zag een torenvalk wanhopig fladderen om uit de kuikenren te ontsnappen. Hij had zich door de (te)grove mazen van het gaas heen gewrongen om het enige kuiken dat mij nog restte, te vermoorden en op te peuzelen. Tot zijn grote geluk lukte het hem om tijdig te ontsnappen, net voor dat ik bij hem was. Anders had ik met twee dode vogels gezeten.
Ter compensatie heb ik de broedmachine maar weer ingeschakeld om zeven kipppeneieren, twee eendeneieren en twee ganzeneieren uit te broeden. Op hoop van zegen maar weer.