dinsdag 16 juni 2009

Dinsdag 16 juni.


De hele nacht heeft het gestormd, we lagen weer te schudden in bed. En dat echt niet van het lachen.

Maar we hebben evengoed in de loop van de morgen de stoute schoenen aangetrokken en zijn nog even naar buiten gelopen om de zee te zien. Dat kon want de mist was gelukkig weg. De omgeving is wel mooi met hoge kliffen die uit zee oprijzen. Maar koud dat het was, de wind bracht hagel mee regelrecht uit de noordelijke ijszee.

We zijn toen toch maar weer in de auto gestapt en naar het warme zuiden getrokken. En werkelijk, de zon begon weer een beetje te schijnen. Het werd blijkbaar zo warm dat een paar mensen meenden zich te moeten baden in het koude water van de fjord. Toen we aan het autokenteken zagen dat het Finnen waren, waren we gerustgesteld. Die schijnen wel vaker zulke gekke dingen te doen.

En weer kwamen we voor die lange onderzeese tunnel. En weer moesten we betalen om er door te mogen. Op de vraag hoe lang onze camper was vertelde ik dat hij 6 meter lang is. “Precies?” wilden ze weten. Nou ja, ongeveer dan. Dat was niet voldoende exact, ze wilden de echte lengte weten die op het kentekenbewijs staat. Nu staat dat er niet op, dus na lang en vergeefs bestuderen van de voor hem onbekende Franse tekst kwam er een Noor naar buiten om de camper op te meten. En bepaalde de prijs weer op 21 euro.
Nou vraag ik je! Hierin zijn de Fransen bij hun tolwegen toch een stuk efficiënter als die Noren. Daar duurt zoiets 3 seconden.

Die tunnel is zo lang en zo griezelig dat Diny om de sfeer te verhogen en bij mij de moed er in te houden, de hele weg op de fluit, die ze van Marcel heeft meegekregen, heeft gespeeld. Precies bij de uitgang was haar liedje klaar. Knap!

Later trekken we weer een, op de kaart als gele weg aangegeven, zijweg in. Deze leidt ons weer een 90 kilometer naar het noorden, zodat we aan het einde van de dag bijna nog net zo noordelijk zitten als vanmorgen. Aan het eind van de weg, aan het eind van de wereld ligt het nog behoorlijk grote plaatsje Havoysund. Daar vinden we een plekje aan de haven en een internetverbinding.