woensdag 10 juni 2009

zaterdag 6 juni.



Stil zijn die Zweedse dorpjes, heel erg stil. En dat is mooi , want dan slapen we ook beter. We moeten de camper al wel beter verduisteren, want de nachten worden steeds korter en de dagen langer. Om half vier was het volgens Diny al licht. Ik weet het niet, ik sliep.

Na vertrek was de eerste stop al na 30 kilometer. Op de kaart waren watervallen aangegeven, dus daar gingen we even kijken. Maar we kwamen er al gauw achter dat Zweedse woorden toch echt anders zijn als Nederlandse. We kwamen terecht in een reservaat waar vroeger de gletsjers nogal tekeer zijn gegaan. Er lagen veel grote stenen en diepe gaten die ooit zijn uitgehold door water met behulp van stenen. Dat was dus een wandeling van meer dan 2 uur. Dat is ook wel eens goed na zolang in de camper zitten. De uitgebreide lunch waarop we ons zelf trakteerden was echt wel verdiend.

Toen ik na die lunch even ging “leggen” werd ik wakker gemaakt door Diny. Er liepen veel mensen naar waar we net geweest waren en daar wilde ze ook bij zijn. Nu hadden we gisteren al gehoord van een marktkoopman dat het vandaag een nationale feestdag is. En dat wordt gevierd in Zweden en ook in dit dorpje. De plaatselijke harmonie en de volksdansgroep gaf een staaltje van hun kunnen te horen en te zien. Maar eerst werd de Zweedse vlag gehesen en het volkslied gespeeld, afgesloten met een 5-voudig hoera door het publiek. Zo, dat pakken we toch maar mooi even mee.

Om toch deze dag nog een beetje verder naar het noorden te komen, rijden we daarna nog weer een stukje en stoppen in het dorpje Kopparberg, een voormalig mijndorp.