dinsdag 23 juni 2009
Zondag 21 juni.
Na de grote schoonmaak en het uitkloppen van de dekens gaan we maar weer, het is bijna 11 uur.
Het is leuk om te zien hoe we versneld het voorjaar door rijden. Een paar weken geleden werd het steeds meer winters in de natuur, maar nu op weg naar het zuiden zien we de ene dag volop de paardenbloemen bloeien en de volgende dag zijn ze alweer uitgebloeid.
De natuur wordt steeds groener en er bloeien allerlei planten langs de weg.
Veel beleven doen we niet vandaag. We rijden over de E 6 op weg naar de Lofoten. Of liever gezegd naar de Vesteralen, de Lofoten liggen meer naar het zuiden. Op de Lofoten is het prachtig volgens de verhalen op internet. Ik weet, we zijn er dus nog niet maar hier valt het tegen. Het is wel mooi maar om nu te zeggen: prachtig. Nee, dat niet. Maar nogmaals, misschien klaag ik te vroeg en moet ik tot morgen wachten. Dan rijden we echt naar die Eilandengroep.
Vanavond staan we op het uiterste noordelijkste puntje van dit eiland. Tegen onze gewoonte in staan we op een soort camping, waar we dus moeten betalen. Maar we doen dit omdat het plekje zeer strategisch is, vrij uitzicht op de grote wijde oceaan, richting noorden. Uiteindelijk is het nu 21 juni, de langste dag en we hopen dat de zon zich op tijd zal laten zien.
Maar terwijl ik dit schrijf, om half tien, lijkt het er nog niet erg op. Het blijft bewolkt.
Bij onze dagelijkse rondwandeling, deze keer mooi langs het strand, had Diny voor de eerste keer haar nieuw gekochte jasje aan en mocht de eeuwenoude rode jas in de kast blijven. Eindelijk.
Had ik gisteren een blunder, vandaag hebben we een catastrofe. De wijn en de whisky zijn beide op. Ik zag bij de supermarkt een fles rosé liggen voor, omgerekend, ruim 10 euro. Dus daar gaan we ook niet dronken van worden. Dus heb ik maar een paar blikjes bier gekocht.
Verder hadden we onderweg weer even internetcontact en volgens een paar mailtjes die we binnenkregen worden deze verhalen ook nog wel gelezen. Altijd leuk om te horen.
Ook lezen we een verhalenserie van onze tijdelijke Chicane bewoners. Zo te lezen vermaken ze zich daar prima. Ze houden zich nuttig bezig met uitstapjes, lekker eten, hooien, bomen kappen en met Filou wandelen. Laten ze maar oppassen, een paar weken in de Ariége en je zit er aan vast en wil daar nooit meer weg.